Binnen koken

Stoofvlees met rode kool en aardappelen

Hier een recept voor de donkere dagen van de winter. Comfortfood,  zoals ze dit aan de andere kant van de plas noemen. Stop er vooral liefde en tijd in, erg belangrijk voor dit gerecht.

Ingrediënten:

aardappelen genoeg voor 4 personen
rode kool genoeg voor 4 personen
kaneel
1 appel

1 kg riblappen (niet van dat magere, het vet smelt vanzelf weg)
500 ml bouillon
1 fles Grolsch bokbier
2 laurierbladen (droog, vers heb je er 2 meer nodig)
4 jeneverbessen
4 kruidnagels
1 eetlepel katoembar (gemalen korianderzaad)
olijfolie
ongezouten roomboter
peper
zout
1 grote witte ui grof gesneden

Bereiding:

We beginnen met een grote braadpan of stoofpan. Deze gaat op hoog vuur. Warm de pan goed op. Wrijf intussen de riblappen in met peper en zout, en dan direct daarna met olie. Als de pan bijna gaat walmen doe je de riblappen in de pan. Omdat de pan gloeiend heet is schroeit het vlees meteen goed dicht. Doe nooit de olie in de pan, maar op het vlees. Zo blijft de pan op zijn heetst en verbrand de olie niet.

Braad het vlees aan alle kanten goed bruin. Als de lappen mooi bruin gebakken zijn doe je een goeie klont ongezouten roomboter in de pan, dit geeft wat extra smaak, laat de boter net iets bruinen, en giet er dan de warme bouillon erbij. Voeg dan meteen de kruiden toe. Plet de jeneverbessen, als je verse laurier gebruikt moet je die even kneuzen zodat de smaak vrij komt. Doe de ui in grove stukken erbij en het deksel mag op de pan. Zet het op een zo laag mogelijk vuur, zodat het suddert, het liefst op een sudderplaatje. Na een uur sudderen giet ik er een half flesje bokbier bij, na weer een uur de rest.

Laat het nu rustig sudderen, hoe langer hoe beter. Ik laat het meestal 4 uur lang zachtjes pruttelen. Controleer zo nu en dan het vochtgehalte, verdampt er teveel vocht, doe er dan gerust wat water bij.

Na 4 uur pruttelen mag het gas uit, laat de pan maar gewoon staan en je mag best even proeven, als het goed is kan je met een lepel zo een schepje van het vlees nemen. Lukt dit niet, dan is er iets mis gegaan…

Laat de pan nu een dag met rust. laat alles in de pan zitten, want dan trekken de smaken in het vlees en de jus.

Dag 2: Kook de aardappelen zoals je gewend bent, kook de rode kool met de appel en een kaneelstokje. Zet de pan met vlees weer op het vuur en verwarm het vlees goed. Als het vlees warm is haal je het uit de pan, leg het op een bord en dek het af. Zeef de jus door een fijne zeef zodat de kruidnagels, laurier, jeneverbessen en de ui achterblijven. Deze ingrediënten hebben hun werk gedaan en mogen nu rusten in de gft container. Kook het vocht nog een beetje in, je kan het eventueel nog binden met wat koud water met bloem of maïzena, maar het is niet nodig. Inkoken zou genoeg moeten zijn.

Serveertip: Bak een paar uien glazig samen met een bakje kastanjechampignons. Schep dit gebakken mengsel over het vlees. Jus over de aardappels en eetsmakelijk!

Je mag in plaats van riblappen ook sucadelappen gebruiken. Mijn voorkeur gaat uit naar rib omdat dit meer smaak heeft.

Dit vind je misschien ook leuk...

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.