Pain d’epi

Pain d’epi, een brood met oortjes*. Ik zag in een kookprogramma op tv hoe makkelijk dit te maken was, en ruim een uur later rook het in huis naar vers gebakken brood!

Dit recept is zo eenvoudig, dat zelfs ik het maken kan, dus hier de ingrediënten en de werkwijze.

275 gram tarwebloem
175 ml lauwwarm water
1 zakje droge gist (7 gram)
1 theelepel zout
1 eetlepel zonnebloemolie

Als eerste doe je de bloem in een grote kom, daarbij doe je de gist, de olie en het zout, meng het vluchtig door en doe het water erbij. Nu goed mengen met een mixer met deeghaken (zo hou je je handen een beetje schoon) tot je een samenhangend deeg hebt.
Bestrooi je werkblad met wat bloem en begin het deeg te kneden. Kneed in elk geval 10 minuten door, zodat je een mooi elastisch deeg krijgt.
Pak een bakplaat en bestrooi deze met bloem en leg daar je deeg op, zorg dat je een rol gemaakt hebt van je deeg, in de vorm van een stokbrood. Leg het diagonaal op je bakplaat.

Smeer de deegrol in met een dun laagje olie en dek het af met huishoudfolie en leg je bakplaat op een warme plek om het deeg te laten rijzen. Na 45 minuten moet het ongeveer in omvang zijn verdubbeld.

Zet na 35 minuten de oven alvast aan op 200 tot 225 graden en zet een vuurvaste ovenschaal met een laag water er in. Zo creëer je stoom die nodig is voor het bakken.

Pak nu een schone schaar en knip je deeg in (niet helemaal door) en vouw de delen om en om naar links en rechts. Zo ontstaan de “oortjes”. Smeer het deeg nog heel lichtjes in met olie, besprenkel het lichtjes met grof zout en sprenkel er wat bloem over.

Nu is het tijd om het brood in de oven te doen, pas op voor de stoom!!

Na ongeveer 30 minuten (of tot het brood een mooie bruine kleur heeft) is het brood klaar.

Het lekkerst is het om het warm te eten met wat ongezouten roomboter (het brood is van zichzelf al zout genoeg).

*(pain=brood en epi=oor)